Skip to main content

Geïnfecteerde gewrichtsprothese - onbekende verwekker

General comments

  • Vroege, post-operatieve infectie (≤ 3 maanden na het plaatsen van de gewrichtsprothese)

    • Cefuroxim plus Vancomycine (bij sepsis toevoegen gentamicine)
  • Laat acute, hematogene infectie (> 3 maanden na het plaatsen van de gewrichtsprothese met kenmerkende acute pijn en zwelling van het gewricht, met of zonder de aanwezigheid van koorts, in een voorheen asymptomatisch gewricht)

    • Cefuroxim (bij sepsis toevoegen gentamicine)
  • Laat chronische infectie  (> 3 maanden na het plaatsen van de gewrichtsprothese met kenmerkende persisterende pijn ter plaatse van de gewrichtsprothese met of zonder loslating van de gewrichtsprothese

    • Ceftriaxon plus Vancomycine

Doseringen:

  • Cefuroxim: iv 4dd 1500mg of 1500 mg opladen, daarna 6000 mg/24u continue infusie iv
  • Vancomycine: 20 mg/kg opladen (maximaal 1 g in 1 uur), daarna 30 mg/kg/24u continue infusie iv (aanpassen op geleide van spiegels). Zie TDM vancomycine
  • Gentamicine: startdosering 1dd 6 mg/kg iv (aanpassen op geleide van spiegels). Zie TDM gentamicine
  • Ceftriaxon: 1dd 2000 mg iv of 2000 mg opladen, daarna 2000 mg/24u continue infusie iv

 

Opmerkingen:

In geval van sepsis starten met antibiotica na afname 2 sets bloedkweken.

Therapie op geleide van de kweken aanpassen.

Indien er eerdere kweken bekend zijn dan het empirische beleid hierop afstemmen.

Behandeling van gewrichtsprothese infecties (empirische en gerichte therapie) altijd in overleg met de arts-microbioloog en/of internist-infectioloog.

​​​​​​

 

Sources

  1. Richtlijn orthopedische prothese infecties bij volwassenen (maart 2021, Regionale richtlijn NINJA)

Menu position
Metadata

Swab vid: G-291725.6
Updated: 03/15/2022 - 13:27
Status: Published